logo Taalvlinder

Medisch-technische en farmaceutische termen

verzameld door Josefien Bruijn


a  b  c  e  f  g  h  k  l  m  n  o  p  q  s  t  v  w  x  y  z
gag reflex braakreflex
galea galea (helmvormige structuur) (anat.)
galenical galenisch/natuurlijk
gall function galfunctie
gamete gameet/geslachtscel
gamma globulin gammaglobuline
gamma rays gammastralen
gammaglutamyltransferase gammaglutamyltransferase/GT
gangliate met gangliën/gangliën...
gangliform ganglionvormig
ganglionic met gangliën/gangliën...; m.b.t., van gangliën
ganglionic cell ganglioncel/gangliëncel/zenuwcel
gap-toothed met uiteenstaande tanden
gas/gasses gasanalyse; bloedgassen; bloedgaswaarden
gas supply gastoevoer
gastr(o)... gastro.../maag.../buik.../darm...
gastric gastrisch/maag... (zie ook stomach)
gastric acid maagzuur
gastric contents maaginhoud
gastric juice maagsap
gastrocolic gastrocolisch
gastroduodenal gastroduodenaal (met betrekking tot maag en twaalfvingerige darm)
gastrointestinal gastrointestinaal/maag-darm... (maag en darm betreffend)
gastrooesophageal gastro-oesofageaal (met betrekking tot maag en slokdarm)
gastrula gastrula (vroeg embryonaal stadium)
gastrulation gastrulatie
gauge (voorafgegaan door getal) b.v. 23 gauge needle = naald 23
gemmule kiem (spoor)
gen... genes(i/e).../geneti... (worden/ontstaan)
gender geslacht
gender identity geslachtsidentiteit/genderidentiteit
gene gen/geen
gene bank genenbank
gene pool genenpool/genenreservoir
general hospital algemeen ziekenhuis
generalist (physician) generalist
generalize zich verspreiden (van aandoening); uitzaaien
General Medical Council het Britse medisch tuchtcollege
general practice huisartsenpraktijk
generative geslachtelijk/geslachts...
genetic(al) genetisch/genen.../wordings.../erfelijk
genetic diversity genetische diversiteit
genetically engineered foods genetisch gemanipuleerd voedsel
genetic engineering genetische biologie/genetische manipulatie
genetic information genetische informatie
genetic locus genlocus
genetic marker dominant gen/dominant kenmerk
genetic variation genetische variatie
genial de kin betreffend
genic gen betreffend/op een gen lijkend/voortkomend uit een gen
genital genitaal/geslachts.../voortplantings...
genital maturity genitaal rijpingsstadium
genital orginization/orginisation genitale organisatie
genital period zie genital phase
genital phase genitale fase/fallische fase (Freud)
genital stage zie genital phase
genetics genetica/erfelijkheidsleer; genetische opbouw (van organisme/groep/type enz.); genese/ontwikkeling
genitourinary genito-urinair (met betrekking tot de geslachtsorganen en de urinewegen)
genom(e) genoom (het geheel van alle genen)
genomics genomica
genotourinary genito-urinair
genotype genotype/biotype/erfelijke bepaaldheid
genotypic(al) genotypisch/van of m.b.t. de erfelijke bepaaldheid
gentian violet gentiaanviolet
genual knie…
geriatric geriatrisch (met betrekking tot de bejaardenzorg)
germ ziektekiem/bacil/microbe/bacterie; kiem/geslachtscel
germ carrier kiemdrager
germ cell kiemcel/geslachtscel
germ layer kiemblad
germ plasm kiemplasma
germ theory infectietheorie
germicidal kiemdodend
germinal germinaal/m.b.t. geslachtscel, kiem; embryonaal
gestagen (pro)gestageen (zwangerschapsbevorderende stof)
gestate dragen/zwanger zijn
gestation gestatie
gestation/gestational age zwangerschapsduur (niet vertalen met draagtijd)
GH zie growth hormone
GI zie gastrointestinal
giant chromosome reuzenchromosoom
Giardia lamblia idem
gingival m.b.t. het tandvlees/tandvlees...
girdle gordel
girth omvang/omtrek
give consultations spreekuur houden
give up opgeven/alle hoop opgeven
gland cell kliercel
glandiform kliervormig/klierachtig
gland incretion inwendige klierafscheiding
gland-like klierachtig
gland secretion klierafscheiding
glandular klierachtig/glanduleus/klier…; lichamelijk/seksueel
glandular cell kliercel
glandular secretion klierafscheiding
glandulous zie glandular
Glasgow coma scale Glasgow-comaschaal
glaucomatous m.b.t., van, aangetast door glaucoom
gleet (ww) etteren
glia (neuro)glia
glia(l) cells gliacellen (steuncellen in het centrale zenuwstelsel)
globin globine (eiwitlichaampje)
globular bol-/kogel(vormig)/kogelrond/sferisch; globuleus (uit bolletjes of druppeltjes bestaand)
globule druppeltje/bolletje
globulin globuline (mv:globulinen)
glomerular glomerulair/m.b.t. de vaatkluwens/met een wondernet; kluwenvormig
gloss(o) gloss(o) (tong)
glotic zie glottal
glottal glottis.../met de stemspleet
gluc(o) gluc(o)gluc(o).../glyc(o) (zoet of verwijzend naar glucose)
glucose glucose/druivensuiker/bloedsuiker
glutamate oxalacetate transaminase glutamaat-oxaalacetaat-transaminase/GOT
glutamate pyruvate transaminase glutamaat-pyruvaat-transaminase/GPT
glutamic acid glutaminezuur (een aminozuur)
glutamine idem (een aminozuur)
gluteal gluteaal (m.b.t. de bilspier(en))
gluten gluten/graanlijm
glycine idem (een aminozuur)
glyc(o) gluc(o)gluc(o).../glyc(o) (zoet of verwijzend naar glucose)
glycogen glycogeen
glycogen branching idem
glycogen debranching idem
glycolipid glycolipide
glycoside glycoside (plantaardige stof met suikerbestanddeel)
glycosuric glycosurisch
GMC (General Medical Council) het Britse medisch tuchtcollege
go camping wordt gezegd als een patiënt in een zuurstoftent ligt of moet gaan liggen)
going without abstinentie/onthouding
goitrous met kropgezwel; kropachtig
gomer (slang) zeurderige, lastige patiënt
gonadal m.b.t. de gonaden/geslachtsklier(en)/geslachts...
gonadal hormones geslachtshormonen
gonadic zie gonadal
gonadotrop(h)ic gonadotroop/de geslachtsklieren beïnvloedend
gone camping (slang) gezegd van een patiënt in een zuurstoftent
gone down the tubes (slang) gestorven/de pijp uitgegaan
gone to Chicago (of andere plaats) (slang) eufemisme voor doodgaan
gonococcus idem/gonokok (Neisseria gonorrhoeae)
gonococci gonokokken
gork (slang) comateuze patiënt
gorked (slang) verdoofd/onder zeil gebracht
GOT (glutamate oxalacetate transaminase) glutamaat-oxaalacetaat-transaminase/GOT
go to medical school medicijnen studeren
gouty jichtig/podagreus
GPT (glutamate pyruvate transaminase) glutamaat-pyruvaat-transaminase/GPT
gradual gradueel/trapsgewijs
Grafenberg spot zie g-spot
graft transplantaat; transplantatie
gram ...gram (meestal i.v.m. soort (röntgen)foto)
gramnegative Gram-negatief (met betrekking tot bacteriën die bij Gram-kleuring hun kleuring verliezen)
gram-negatives Gram-negatieve bacteriën
grampositive Gram-positief (met betrekking tot bacteriën die bij Gram-kleuring hun kleuring behouden)
granular korrelvormig/korrelig (b.v. m.b.t. de huid)
granulate granuleren
granulation granulatie
granulation tissue granulatieweefsel
granule korreltje
granules granula (korrelig vormsel)
granulocyte de granulocyt
granulocytic granulocytair
granulous korrelvormig
...graphy ...grafie (achtervoegsel) (schrijven/registreren)
gravel graveelzand
gravidity graviditeit/zwangerschap
graze schaven/schuren
greensick bleekzuchtig/anemisch
groove groef
gross met het blote oog waarneembaar/macroscopisch
group groep (b.v. spiergroep)
group A streptococci groep A-streptokokken/streptokokken groep A
group B streptococci groep B-streptokokken/streptokokken groep B
group-practice groepspraktijk
growth hormone groeihormoon
g-spot g-plek (genoemd naar Grafenberg)
GT (gammaglutamyltransferase) gammaglutamyltransferase/GT
gummatous gumma-achtig/rubberachtig (van gezwel)
gustatory smaak...
gut-related abdominaal/met betrekking tot de buik
guttural keel...
Guy’s Guy's ziekenhuis (in Londen)
gyn... gyn... (vrouw)
gynaecological gynaecologisch (met betrekking tot de vrouwenziekten)
gyral plooi of (hersen)winding betreffend
habit-forming verslavend
habitual habitueel/uit gewoonte
habituating verslavend
habituation tolerantie/gewenning
habitus lichaamshouding; gewoonte
haem heem (groep uit hemoglobinemolecule)
haemal bloed.../van het bloed/bloedvaten.../van de bloedvaten
Haemaphysalis idem (tekensoort die ziekten overbrengt)
haemo... zie hemo...
Hageman factor Hageman-factor (factor XII)
hair cell haarcel
hairline haargrens
hairy harig/behaard
halfway house beschermde woonvorm
hand eye coordination zie eye hand coordination
Hantavirus hantavirus
haploid haploïde (met de helft van het normale aantal chromosomen)
haptic(al) de tastzin betreffend
hard of hearing slechthorend
have someone committed iemand laten opnemen in een ziekenhuis of (meestal) in een inrichting
Hb (hemoglobin) hemoglobine
HbA (adult hemoglobin) normale hemoglobine/HbA
HbAS sikkelcelhemoglobine (de bij sikkelceltrait voorkomende hemoglobine)
HbCO (carboxy/carbonmonoxy hemoglobin) carboxyhemoglobine/HbCO
HbE (hemoglobin E) hemoglobine E
HbF (foetal hemoglobin) foetale hemoglobine
HbO (hyperbaric oxygen) hyperbare zuurstof
HbO2 (oxyhemoglobin) oxyhemoglobine
HbS (sickle cell hemoglobin) sikkelcelhemoglobine/HbS (bij sikkelcelziekte voorkomende hemoglobine)
HDL (high density lipoprotein) high density-lipoproteïne/HDL (het ‘goede’ cholesteroldeeltje in het bloed, dat cholesterol vanuit de bloedvatwand naar de lever voert)
head kop (van zaadcel)
head line hoofdlijn (in handpalm)
heal genezen/herstellen/gezond maken
heal over dichtgaan (van wond)/genezen/herstellen
heal up genezen/(doen) herstellen
health care gezondheidszorg
health certificate gezondheidsattest/gezondheidscertificaat
health factor gezondheidsaspect
healthful gezond/heilzaam
health hazard gezondheidsrisico
health insurance ziektekostenverzekering
health insurance certificate ziekenfondskaart
health policy gezondheidsbeleid
health profession medisch beroep/medische functie
health status gezondheidstoestand
health survey gezondheidsonderzoek
healthy gezond
hearing acuity gehoorscherpte
hearing level gehoorgrens
heartbeat hartslag
heart function hartfunctie
heart minute volume hartminuutvolume/HMV
heart patient hartpatiënt
heart rate hartfrequentie/hartslag (ook: pols)
heart rhythm hartritme
heart sound harttoon
heat regulation thermoregulatie/warmtehuishouding (handhaving van warmte-evenwicht)
heat spot zomersproet
height adjustment hoogte-instelling
Helicobacter pylori idem
helix (m:helices) spiraal/schroef (vorm van proteïne en DNA)
hem(ato) h(a)em(ato)... (bloed)
hema zie haema
hematopoetic hemopoëtisch/bloedvormend
heme zie haem
hemeralopic dagblind
hemi hemi... (half)
hemifacial hemifaciaal
hemispherical halfrond
hemato... hemato.../bloed...
hematological hematologisch (met betrekking tot de leer van het bloed)
hematopoiesis hemopoëse/bloedvorming
hemo... hemo.../bloed...
hemocoel hemocoel (ruimte tussen cellen of weefsels) (anat.)
hemocyte bloedcel
hemodynamic hemodynamisch (b.v. hemodynamisch stabiel/instabiel; hemodynamische monitoring)
hemoglobin hemoglobine
hemoglobin percentage hemoglobinepercentage
hemolysis hemolyse (vernietiging van de rode bloedlichaampjes)
hemophiliac hemofiliepatiënt/bloeder
hemopoiesis hemopoëse/bloedvorming
hemopoietic hemopoëtisch/hemopontisch/bloedvormend
hemostasis hemostase/bloedstolling
Hemophilus influenzae idem
hemopoiesis bloedaanmaak/hemopoëse/hematopoëse
hemorrhagic hemorragisch
hepat(o) hepat(o)... (lever)
hepatic hepatisch/lever... (met betrekking tot de lever)
hepatic portal system hepatisch portale circulatie
hepatobiliary hepatobiliair (met betrekking tot lever en gal)
hepatocellular hepatocellulair (met betrekking tot de levercellen)
hepatocellulary levercellen betreffend
hepatocyte levercel/hepatocyt
hepatopulmonary hepatopulmonaal
hepatorenal hepatorenaal (lever en nieren betreffend)
hepatotoxic hepatotoxisch (wat de lever beschadigt)
hereditary erfelijk
hereditary material erfelijk materiaal
heredity herediteit/erfelijkheid
heritability erfelijkheid/heritabiliteit
hermafroditic(al) hermafrodiet/tweeslachtig
hermaphrod(it)ism hermafroditisme
hermaphrodite hermafrodiet/tweeslachtig wezen
hermaphrodite (bn) hermafrodiet/tweeslachtig
hermetic hermetisch/luchtdicht
hernial/herniary m.b.t. hernia/hernia...
herniated uitpuilend (door een abnormale lichaamsopening)
herniation herniavorming
herpes simplex virus herpes simplex-virus
herpes zoster oticus idem (gordelroosvirus)
herpetic herpetisch/herpes.../als, van, m.b.t. herpes
HERV (human endogenous retrovirus) humaan endogeen retrovirus/HERV
hetero anamnestic hetero-anamnestisch
hetero-anamnesis hetero-anamnese (zie anamnese/JG)
heterochromatic veelkleurig
heterogenous heterogeen
heterolateral heterolateraal
heterologous heteroloog/anderssoortig/van andere herkomst
heteroplastic heteroplastisch/m.b.t. donor, heterotransplantatie, donorplastiek
heterotaxy heterotaxie (liggingsverandering van organen e.d.)
heterozygote heterozygoot; bastaard
heterozygotic/heterozygous heterozygotisch/heterozygoot (m.b.t. geslachtscellen)
high density lipoprotein high density-lipoproteïne/HDL (vervoert cholesterol vanuit de bloedvatwand naar de lever)
hilum hilus (poort/navel of steel van orgaan)
hind margin achterrand (anat.)
hinge movement scharnierbeweging
Hippocrates’/Hippocratic oath de eed van Hippocrates
hist(o) hist(o)... (weefsel)
histamine histamine
histidine idem (een aminozuur)
histogenesis histogenese
histoid histoïed/weefselachtig
histological histologisch (met betrekking tot de weefselleer)
history (of a disease/illness) anamnese/ziektegeschiedenis
HIV (human immunodeficiency virus) HIV-virus
HIV negative HIV-negatief/seronegatief
HIV positive HIV-positief/seropositief
HIV virus HIV-virus
HMO health maintenance organization
HMV (heart minute volume) hartminuutvolume/HMV
hollow holte (anat.)
hollow end hol einde (van instrument)
homeopathic homeopathisch
homeostasis homeostase/zelfregulering
homocystine homocysteïne (stof die ontstaat bij de stofwisseling van eiwitten)
Homo sapiens idem/de mens
homogamous homogaam
homogeneous homogeen/gelijksoortig
homolateral homolateraal/ipsilateraal (aan dezelfde kant)
homologous homoloog/overeenkomstig
homologous chromosomes homologe chromosomen
homology homologie (morfolgisch vergelijkbaar zijn)
hooked krom/gekromd/haakvormig
hordeolum gierstkorrel
horizontal plane horizontaal vlak (anat.)
hormonal hormonaal (met betrekking tot hormonen)
hormone hormoon
hormone level hormoonspiegel
hormone producing hormoonproducerend
hormonic hormonaal
hospital ziekenhuis
hospital audit kwaliteitstoetsing van het ziekenhuis
hospitalization hospitalisatie/ziekenhuisopname
hospitalize (laten) opnemen in een ziekenhuis
hospital department ziekenhuisafdeling
hospital ship hospitaalschip
hospital staff ziekenhuispersoneel
hospital train hospitaaltrein/ambulancetrein
house ... inwonend (b.v. van arts of specialist)
house call huisbezoek/visite
housemanship (BE) stage
HPV (human papilloma virus) humaan papilloma-virus/HPV
HSV (herpes simplex virus) herpes simplex-virus
human mens
human (bn) humaan/menselijk/van de mens afkomstig
human anatomy menselijke anatomie
human body het menselijk lichaam
human endogenous retrovirus humaan endogeen retrovirus/HERV
human immunodeficiency virus HIV-virus
human kind mensheid/mensdom/menselijk ras
human papilloma virus humaan papilloma-virus/HPV
humeral humeraal/het opperarmbeen betreffende/opperarm...; humeraal/de schouder betreffende/schouder...
humeroradial humeroradiaal/radiohumeraal (anat.)
humeroscapular humeroscapulair (met betrekking tot de schouder en het schouderblad)
humeroscapular humeroscapulair/scapulohumeraal
humeroulnar humero-ulnair
humoral humoraal/de lichaamsvochten betreffende
humour humor/lichaamsvocht
humpbacked gebocheld
hunchbacked gebocheld
hyaline hyalien/glasachtig
hydr(o) hydr(o)... (water)
hydration hydradatie (chemisch proces waarbij water aan een scheikundige verbinding wordt toegevoegd)
hydroalcoholic hydro-alcoholisch (met betrekking tot water en alcohol)
hydrocephalic/hydrocephaloid met een waterhoofd
hydrophilic hydrofiel/wateropslorpend
hydrophobic hydrofoob/waterafstotend; hondsdol
hydropic (vero.) waterzuchtig/hydropisch
hydroxylation hydroxylatie
hygienic hygiënisch (met betrekking tot de lichaamszorg)
hymenal m.b.t het maagdenvlies
hyoid(al) m.b.t. het tongbeen
hyoidean zie hyoid(al)
hyoscine hyoscine
hyper… hyper... (te hoog/hoog/over...)
hyperbaric hyperbaar (onder verhoogde druk)
hyperbaric oxygen hyperbare zuurstof
hyperesthetic hyperkinetisch/overbeweeglijk; overgevoeligheid betreffend
hyperfunction hyperfunctie (abnormaal verhoogde werking van een orgaan)
hyperglycemic hyperglykemisch
hyperkinetic hyperkinetisch/overbeweeglijk
hypermetropic hypermetroop/verziend
hypermobile hypermobiel
hyperosmolar hyperosmolair
hyperprolactinemic hyperprolactinemisch
hypersusceptible overgevoelig
hypersusceptibility overgevoeligheid
hypersynchronization hypersynchronisatie (verschijnsel i.v.m. epilepsie)
hyperopic hypermetroop/verziend
hypertensive hypertensief
hyperthyroid hyperthyroïde (overmatige werking van de schildklier betreffend)
hypertonic hypertonisch
hypertrophic hypertrofisch
hyperventilate hyperventileren
hypnosis hypnose (toestand van veranderd bewustzijn)
hypnotic hypnotisch (met betrekking tot hypnose (een tijdelijke trance-achtige toestand))
hypo... hypo... (te weinig/laag)
hypoactive hypoactief
hypoblast entoderm (binnenste kiemblad van het embryo)
hypochondriac (bn) hypochondrisch/zwaarmoedig
hypodermic hypodermaal (onder de huid toegediend)
hypodermic (bn) onderhuids/hypodermatisch; m.b.t. de lederhuid
hypofunction hypofunctie (abnormaal verminderde werking van een orgaan)
hypohidrotic anhidrotisch
hypopharyngeal hypofaryngeaal
hypophosphatemic hypofosfatemisch
hypophyseal hypofysair (met betrekking tot het hersenaanhangsel)
hypotensive hypotensief (wat de bloeddruk verlaagt)
hypothalamic hypothalamisch (met betrekking tot de hypothalamus)
hypothalamic-hypophysial hormone hypothalamo-hypophysair hormoon (m.b.t. hersenonderzoek)
hypothalamo-hypophysial hormone hypothalamo-hypophysair hormoon (m.b.t. hersenonderzoek)
hypothesis hypothese/veronderstelling
hypotonic hypotonisch
hyster(o) hyster(o)... (baarmoeder/uterus)
iatr(o) iatr(o)... (arts)
iatrogenic iatrogeen (door medisch ingrijpen veroorzaakt, van ziekte)
ichor ichor/wondvocht
icteric icterisch/geelzuchtig
icteric index icterische index
identical identiek (van dezelfde oorsprong)
identical twins/triplets/quadruplets eeneiige tweeling/drieling/vierling
identification identificatie/vereenzelviging
ideomotor zie psychomotor
idiopathic idiopathisch (van onbekende oorzaak )
idioplasm idioplasma
idiosyncratic idiosyncratisch
idiotype idiotype
iliac van of m.b.t. het darmbeen
illness ziekte/aandoening
IM (intramuscular) intramusculair/in of binnen een spier
imbrication imbricatio
immaculate ongevlekt
immature (bn) onvolwassen
immaturity immaturiteit/onrijpheid/onvolwassenheid/immaturiteit
immediate care acute geneeskunde/spoedeisende zorg
immobilise immobiliseren (bijv. van de nek of van gebroken lichaamsdeel)
immobilization immobilisatie (onbeweeglijk maken)
immune immuun/onvatbaar/ongevoelig/bestand tegen/onaantastbaar
immune cells immuuncellen
immune globulin immuunglobuline/immunoglobuline/Ig
immune response/reaction afweerreactie/immuunreactie
immunity immuniteit/onvatbaarheid/ongevoeligheid/weerstand/onaantastbaar
immunity from... immuniteit tegen ...
immunization immunisatie (opwekken van onvatbaarheid)
immunogenic immunogeen (wat onvatbaarheid veroorzaakt)
immunoglobulin immunnoglobuline/Ig
immunological immunologisch (met betrekking tot onvatbaarheid voor schadelijke invloeden)
immunoreaction afweerreactie/immuunreactie
immunoproliferative immunoproliferatief
immunosuppressant immunosuppressief (immuunsysteem onderdrukkend)
immunosuppression immunosuppressie
immunosuppressive immunosuppressief
impaired beschadigd/verzwakt; gehandicapt; ook dysfunctionerend (b.v. in visually impaired)
imperforate imperforaat/zonder opening/ongeopend
implant ingeplant(e) stof/weefsel/inplant/implantaat
implantable implanteerbaar
implantation implantatie/innesteling/inplanting
implication implicatie/verwikkeling
impregnation impregnatie (binnendringen van de zaadcel in de eicel)
improper dispensing of controlled drugs onrechtmatige verstrekking van verdovende middelen
impulse impuls/puls/stroomstoot
impulse control impulsbeheersing
in action actief (gezegd van spier)
inactive inactief/onwerkzaam
inadequate inadequaat/niet passend
in and out of AF om en om atriumfibrillatie
in apposition appositioneel
inborn aangeboren; erfelijk
incarceration incarceratie/inklemming
inch inch (2,54 centimeter)
incidence incidentie ( voorkomen per jaar)
incidental incidenteel/ bijkomend
incipient beginnend/in een vroeg stadium/in het eerste stadium (van een ziekte)
incisive incisief/snijdend
inclusive inclusief/met inbegrip van
incompatible incompatibel/onverenigbaar
incompetence insufficiëntie (onvoldoende werking)
incompetent wilsonbekwaam
incomplete breech presentation onvolkomen stuitligging (baby)
incorporation incorporatie/vermenging
incretion incretum/hormoon; incretie/inwendige klierafscheiding
incubate onder de leden hebben
incubation incubatie(tijd) (sluimeren van een ziektekiem)
incubation period incubatietijd (tijd tussen besmetting en verschijnselen)
incurable ongeneeslijk
incurved naar binnen gebogen (anat.)
indent inkepen/kartelen (anat.)
indentation inkeping/inkerving/karteling (anat.)
indented ingekeept/ingekerfd/gekarteld (anat.)
independently moveable onafhankelijk van elkaar te bewegen (anat.)
index cranicus schedelindex
indicate indiceren/de noodzaak, wenselijkheid aantonen van
indication indicatie/aanwijzing
indicative indicatief/aanduidend
indigested vormloos/amorf
indirect indirect/niet rechtstreeks
indirect bilirubin indirecte of niet-geconjugeerde bilirubine
indirect development indirecte ontwikkeling
individual individueel/afzonderlijk
in dock in het ziekenhuis
indolent indolent/traag/lui/sloom/suf; pijnloos
induce veroorzaken; opwekken
induced veroorzaakt
induction inductie/gevolgtrekking
indurated verhard/hard
induration induratie/verharding
ineffective onwerkzaam
ineffectiveness onwerkzaamheid
inefficacious onwerkzaam
inefficacy onwerkzaamheid
inertia inertie/traagheid
infant mortality (rate) zuigelingensterfte
infantile infantiel/kinderlijk
infaust infaust/ongunstig
infectious besmettelijk/overdraagbaar/infectueus
infectious illness/disease infectieziekte/besmettelijke ziekte
infectiousness besmettelijkheid
inferior onderste (anat.)
infertile onvruchtbaar
infertility onvruchtbaarheid
infiltrate binnendringen/doordringen
infiltrating ingroeiend
infiltration infiltratie/binnendringing
infirm (lichamelijk) zwak/gebrekkig
infirmity gebrek/ongemak/kwaal; zwakheid/ziekelijkheid
inflame inflammeren/ontsteken/ontstoken raken
inflammatory ontstekings.../imflammatoir
inflammatory cells ontstekingscellen
inflation inflatie
inflexibility rigiditeit/stijfheid
influx instroom
informed consent regel dat een onderzoek of behandeling pas mag plaatsvinden als de patiënt beseft wat er gaat gebeuren en hiervoor toestemming heeft gegeven
informed decision goed onderbouwd besluit (op grond van beschikbare gegevens)
infra... infra... (onder)
infrapatellar infrapatellair (onder de knieschijf)
infuse infuus (vochttoediening in de bloedvaten)
infusion infuus/infusie
in germ embryonaal
ingestion ingestie (innemen van voedsel en drank)
inguinal lies.../m.b.t. de lies(streek)/inguinaal
inhalant inademings.../inhalerings...
inhalation inademing; inhalatie (inademing van dampen/rook)
inhale inhaleren
inherent inherent/samengaand
inherit erven (evolutie/celleer)
inheritability (over)erfelijkheid/overerving
inheritable (over)erfelijk
inhibition inhibitie/remming/remmende werking (van natuurlijk proces of activiteit)
inhibitor idem/remmer
inhibitory neuron inhiberend neuron
inhibitory neurotransmitter inhiberende neurotransmitter
inhibitory synapse inhiberende synaps
initial initiaal/initieel
injured person gewonde/slachtoffer
injury verwonding/letsel/blessure
innate aangeboren
inner side binnenkant
innervation innervatie (vertakking van zenuwen naar of in een orgaan); zenuwprikkeling/zenuwwerking
inner wall binnenwand (anat.)
inoperable inoperabel/niet (meer) te genezen door operatieve ingreep
inorganic anorganisch/niet-levend
inotropic inotroop (van invloed op de hartspier)
inpatient intramuraal verpleegde patiënt (ziekenhuis- of verpleeghuispatiënt)
inpatient care klinische/intramurale zorg
insensitive to pain pijnloos
insert aanhechten/inplanten (van spier/pees enz.)
inserted ingeplant/aangehecht (van spier/pees/enz.)
insertion insertie/aanhechting/inplanting (b.v. van spier)
in situ in situ ( op de gewone plaats)
inspection inspectie
inspiration inspiratie/inademing
instillation instillatie/indruppeling
instruction instructie/order
insufficiency insufficiëntie/gebrek (onvoldoende werking)
insular m.b.t./van insulae
insulating fat vetlaag
insulin insuline (hormoon, nodig om het suikergehalte van het bloed te kunnen regelen)
intact intact/in goede staat
integration integratie (m.b.t. zenuwimpulsen)
integrity integriteit/ongeschonden toestand
integumentary tegumentair (niet integumentair!) (met betrekking tot de huidoppervlakte)
intelligence intelligentie/verstandelijke begaafdheid
intelligence quotient IQ/intelligentiequotiënt
intensity intensiteit/sterkte
intensive intensief
intensive care idem/intensieve zorg
intention intentie/genezingsproces (van wond)
intention tremor intentietremor (beving bij beweging )
inter... inter... (tussen)
interaction interactie (onderlinge beïnvloeding)
intercellular intercellulair
intercellular fluid intercellulair vocht
intercellulary intercellulair
intercellulary fluid intercellulaire vloeistof
intercommunicate met elkaar verbonden zijn/communiceren
intercostal (bn) intercostaal/tussenrib.../tussen de ribben
interdependent van elkaar afhankelijk
interdigital tussen de tenen/vingers
interdigitate in elkaar grijpen/verstrengeld zijn
interdigitating vervlochten/verstrengeld/in elkaar grijpend
interference interferentie
interferon interferon (soort eiwit)
interfibrillar interfibrillair/tussen de vezels
interindividual interindividueel (van mens tot mens verschillend)
interlock in elkaar grijpen; verbinden (anat.)
intermediary intermediair (in het midden liggend)
intermediate form intermediaire vorm (van ziekte of aandoening)
intermittent intermitterend/met onderbrekingen
internal intern/inwendig
internal anatomy inwendige anatomie
internal organs inwendig organen
internal rotation interne rotatie (m.b.t. gewrichten)
internal sense inwendig zintuig
interneuron(e) schakelcel
internship (AE.) stage
internuncial (neuron) schakelcel
interoceptive als interoceptor werkend
interoceptor interoceptor (zintuigorgaan)
interosculate samenkomen (van bloedvaten)
interosseous interosseus/tussen beenderen gelegen
interparietal tussen de wandbenen gelegen
interpretation interpretatie/uitleg
interrenal interrenaal (tussen de nieren)
interscapular interscapulair (tussen de schouderbladen)
interstice tussenruimte
interstitial met een tussenruimte/tussenliggend/interstitieel
interstitial cells interstitiële cellen
interstitial fluid weefselvocht
intertangle verstrengelen
intertarsal intertarsaal
intertwine zich in elkaar verstrengelen
intertwinement ineenstrengeling
intertwist zich verstrengelen; verstrengelen
interval interval/tussenperiode; tussenruimte (m.b.t. anatomie)
intervenal/interveinous tussen de aderen/interveneus
interventricular septum ventrikelseptum/harttussenschot
intervertebral intervertebraal (tussen twee wervels)
interweave met elkaar vervlechten
interwoven met elkaar verweven zijn
interwreathe verstrengelen
intestinal intestinaal/darm...
intestinal juice darmsap
intestine (bn) inwendig
intimal intimaal/m.b.t. de tunica intima
intimate hygiene intieme hygiëne
intolerance intolerantie
intolerant intolerant
intra... intra... (binnen)
intra-abdominal intra-abdominaal/in de buik
intra-aortal intra-aortaal
intra-arterial intra-arterieel/intra-arteriële
intra-atrial intra-atriaal
intra-axial intra-axiaal
intracellular intracellulair
intracerebral intracerebraal
intracortical in/binnen de schors
intracranial binnen de schedel (gelegen)/intracranieel/intracraniaal
intracranial pressure intracraniële druk (m.b.t. hersenonderzoek)
in traction in tractie
intracutaneous intracutaan/in de huid
intradural intraduraal
intraepithelial intra-epitheliaal
intrahepatic intrahepatisch/in de lever
intraindividual intra-individueel (bij dezelfde mens verschillend)
intralobar intralobair/in een kwab, lob
intramedullary intramedullair/in het merg
intramural intramuraal (ook anat.)
intramuscular intramusculair/in de spier
intraocular intraoculair/in het oog
intraocular pressure intraoculaire druk/IOD/oogdruk
intrapartum tijdens de bevalling
intraperitoneal intraperitoneaal
intraspinal intraspinaal/in de ruggengraat/in het ruggenmerg
intrathecal intrathecaal (binnen de hersen- of ruggenmergvliezen)
intrathoracic intrathoracaal/in de borstkas
intrauterine in de baarmoeder/intra-uterien
intravascular intravasaal/intravasculair/in een (bloed)vat
intravenous intraveneus/in de ader(en)
intraventricular intraventriculair/in een ventrikel
intrinsic intrinsiek/wezenlijk
intrinsic factor de intrinsieke factor (stof in de maag)
intrinsic neurons intrinsieke neuronen
introvert instulpbaar orgaan (anat.)
introvert (ww) instulpen/intrekken (van orgaan)
intumesce (op)zwellen/uitzetten
intumescent (op)zwellend/uitzettend/gezwel...
intussuscept instulpen (van darm)
intussusception instulping (van darm) (anat.)
invaginate instulpen (van darm)
invagination ingestulpt orgaan; invaginatie/instulping
invalidate invalideren/ongeldig maken
invasion het optreden (van een ziekte)
invasive invasief (waarbij een instrument in een orgaan ingebracht wordt); zich verspreidend (van een ziekte)
inversion omkering/inversie
invert naar binnen keren (anat.)
inverted naar binnen gekeerd (anat.)
inverted T (wave) omgekeerde T-golf (bij ECG)
invert sugar invertsuiker (mengsel van gelijke delen druivensuiker en vruchtsuiker)
in vitro in vitro (in een reageerbuis)
in vivo in vivo (in het levende organisme)
involuntary onwillekeurig/onopzettelijk/onbewust/niet gewild
involuntary childlessness ongewenste kinderloosheid; kinderwens hebbende
involution involutie/natuurlijke veroudering/teruggang/regressie; involutie (anat.)
iodoform jodoform
ionization ionisatie (ontleding in ionen, de kleinste elektrisch geladen deeltjes)
ionotrope medication ionotrope medicatie
IOP zie intraocular pressure
IP (intraperitoneal) intraperitoneaal
IPA (Independant Practice Association) zie HMO
ipsilateral ipsilateraal/aan dezefde kant (anat.)
IQ (intelligence quotient) IQ/intelligentiequotiënt
iridocorneal iridocorneaal
irradiate uitstralen (van pijn)
irradiation uitstraling/irradiatie (van pijn)
irregular aberrant/afwijkend
irreversible irreversibel/onomkeerbaar
irritation irritatie/prikkeling
ischemic ischemisch
ischiadic/ischial/ischiatic m.b.t de heup/heup...
ischiorectal ischiorectaal (zitbeen en rectum betreffend)
isomaltose idem
island eiland/celgroep
islet eilandje/celgroep
islets of Langerhans eilandjes van Langerhans (celgroep)
isoenzyme(s) isoenzym(en)
isolate isoleren (apart op een kamer leggen); isoleren/afsluiten (in operatie-context)
isoleucine idem (een aminozuur)
isometric isometrisch (van gelijke omvang)
isometric contraction isometrische contractie (van spier)
isopotential isopotentiaal (m.b.t ECG)
isotonic isotonisch/isotoon (van gelijke osmotische druk als de omgeving)
isotonic contraction isotonische contractie (van spier)
isotope isotoop
it’s charged hij is geladen (gezegd bij defibrillatie)
...itis ...itis (achtervoegsel, betekent ontsteking)
IV (bn) intraveneus
Ixodes idem (tekensoort die ziekten overbrengt)