logo Taalvlinder

het al dan niet nep-Jiddisch¹ van Michael Chabon


alefbeys Jiddisch alfabet
bashert (in opdracht) > basjert hij/zij voor wie je bent voorbestemd
bik letterlijk stier; hier potige portier, kleerkast
black hat orthodoxe jood
cafard (< Frans) depressie, melancholie
chupah > choepa trouwerij (eigenlijk het baldakijntje waaronder het bruidspaar tijdens de ceremonie staat)
chutzpah > gotspe brutaliteit
dreydl > dreidel bordspel met een tolletje (de dreidel) dat met Chanoeka wordt gespeeld
dybbuk > dibboek dolende ziel, kwade geest
emes > emmes waarheid
eruv > eroev al dan niet symbolische omheining of muur rond een gebied waarbinnen tijdens de sjabbat goederen vervoerd mogen worden
forshpiel feest voor de bruid op de sabbath voor het huwelijk
four-corner > tailliet katan of arba kanfot tailliet katan of arba kanfot: vierhoekig kledingstuk dat onder het overhemd wordt gedragen; fringed four-corner: tailliet met franje (tsietsiet) die wel zichtbaar is
freylekhs > freilachs dansmuziek met een lach en een traan
gabay > gabbai rechterhand van de tsaddik die de praktische zaken regelt
ganef > gannef dief
greener groentjes, immigranten die het klappen van de zweep nog niet kennen
haskamos > meervoud van haskama door een rabbijn afgegeven getuigschrift
kaynahora bezwering: even afkloppen
Kevlar (geen Jiddisch) merknaam van een erg sterke vezel > kogelvrij vest
klezmorim (enkelvoud: klezmer) muzikant, zie ook freylekhs
kibbitzer > kibitser

een niet-schaker die in een schaakcafé commentaar levert < in de talmoedische traditie iemand die participeert aan het openbaar debat zonder het voortouw te nemen; een bemoeial

 

latke jonge agent, groentje (latkes zijn eigenlijk aardappelpannenkoekjes , maar het verband is me niet duidelijk)
luftmensch een dromer, iemand die van de lucht leeft, geen inkomen heeft
mezuzah > mezoeza bijbeltekstrol aan deurpost of als amulet
mikvah > mikwe ritueel bad
momzer > mamzer bastaard, sterke kerel
mukluk bonten eskimolaars
noz rechercheur
patzer stuntel, (slechte) schaker
pilpul discussie over de fijne puntjes; gemierenneuk
pisher> pisjer kind, jongen
pushke box > poesjke busje collectebusje, spaarpotje voor liefdadig doel
schlemiel > sjemiel sjemiel
shammes > sjammes eigenlijk koster van synagoge, maar hier een detective, naar de shamus van Raymond Chandler
shtarker zware jongen
sheygetz niet-joodse jongeman; onorthodoxe joodse jongen
shiva > sjivve zeven dagen van rouw
shkotz variant van sheygetz, zich misdragende joodse jongen
shlosser slotenmaker; maar hier? inbreker, huurmoordenaar?
shmaltz kippenvet
Shnapish the Dog soort Mickey Mouse
shochet > sjouget rituele slager
sholem > sjolem, sjalom eigenlijk vrede maar hier: pistool of revolver. Amerikanen noemen een een handwapen vaak een "piece"> homoniem "peace"> vrede > sjolem. De Colt .45 werd "peacemaker" genoemd (maar Landsman heeft een Smith & Wesson Model 39)
shomer > sjomer iemand die de wacht houdt (bij een overledene); smeris
Shoyfer (verzonnen) merk mobieltje < sjofar, de ramshoorn waarop onder andere op Jom Kippoer en Rosj Hasjana wordt geblazen
shpilkes zenuwenlijer; de zenuwen
shtarker sterk iemand, zware jongen
shtetl > sjetl (joods) dorp
shtekeleh niet bestaande maar verrukkelijke donut
shtinker informant; verklikker
shul > sjoel (Asjkenazische)synagoge
shvitz stoombad; zweten van angst
smikha, semicha de handoplegging waarmee iemand tot rebbe werd gewijd; kenner van de joodse wet
sukkoh > soeka loofhut voor soekot, het loofhuttenfeest
tekiah > tekia tekia: een lange stoot op de sjofar, de ramshoorn; zie ook shoyfer
tohubohu (<Hebreeuws) chaos
tzadik > tsaddik rechtvaardige, vrome man
tzimmes > tsimmes tsimmes: zoet gerecht met wortelen en pruimen; wordt met Rosj Hasjana gegeten
yekke uit Duitsland afkomstige jood
yeshiva > jesjiva hogeschool waar vooral de Talmoed wordt bestudeerd
yid jood, jehoede, smous - niet denigrerend
Zamenhof bedenker van het Esperanto
¹ volgens Van Dale worden woorden met "nep" en "aaneen" als voorvoegesel aaneen geschreven, maar ik doe het voor de duidelijkheid met een streepje ertussen.