logo Taalvlinder

Medisch-technische en farmaceutische termen

verzameld door Josefien Bruijn


a  b  c  e  f  g  h  k  l  m  n  o  p  q  s  t  v  w  x  y  z
ab buikkspier
abdomen (onder)buik/abdomen
abdominal buikspier
abdominal aorta buikaorta
abdominal cavity buikholte
abdominal cavity wall buikholtewand
abdominal membrane peritoneum/buikvlies
abdominal muscle buikspier
abdominal organs buikorganen
abdominal rectus rechte buikspier
abdominal region buikstreek
abdominal ribs valse ribben
abdominals buikspieren
abdominal vein buikvene
abdominal viscera buikorganen
abdominal wall buikwand
abducens (nerve) buitenste oogspierzenuw
abducent nerve afvoerende zenuw/hersenzenuw VI/nervus abducens
abductor abductor/afvoerder (spier)
abductor of the hallux afvoerder van de grote teen
abs (abdominals) buikspieren
accelerator accelerator/acceleratorspier; acceleratorzenuw
accessory nerve elfde hersenzenuw/hersenzenuw XI/nervus accessorius
accessory organs adnexa (b.v. van oog of uterus)
accessory sinus of nose neusbijholte
acetabulum (mv: acetabula) heupkom
Achilles tendon achillespees
acinus (mvmv: acini) klierblaasje
ACL (anterior cruciate ligament) voorste kruisband
acoustic apparatus gehoororgaan
acoustic duct gehoorgang/gehoorbuis
acoustic meatus gehoorgang/gehooropening
acoustic nerve gehoorzenuw
acoustic system gehoorsysteem
acra ledematen/extremiteiten
acromion schoudertop/acromion
Adam's apple adamsappel
adductor (muscle) adductor/aanvoerder (soort spier)
adeniform appendage kliervormig aanhangsel
adenohypophysis hypofysevoorkwab/adenohypofyse
adenoid(s) neusamandel(en)
adipose tissue vetweefsel
adnexa de adnexa
adrenal bijnier
adrenal cortex bijnierschors
adrenal gland bijnier(klier)
adrenal medulla bijniermerg
adrenergic nerve adrenergische zenuw
afferent (zn) aanvoerende zenuw
afferent arteriole aanvoerend(e) arteriole/(slag)adertje
afferent nerve(s) aanvoerende zenuw(en)
afferent neuron afferente/aanvoerende neuron/zenuw
afterbrain achterhersenen
agonist agonist (spier die zelfstandig werkt)
air passage(s) luchtweg(en)
air sac luchtzak/luchtcel (in long)
air tube luchtpijp
air way(s) luchtweg(en)
ala (mv: alae) vleugel
ala (of (the) nose) neusvleugel
alimentary canal spijsverteringskanaal
alimentary system spijsverteringsstelsel
alveolar(s) tandkas(sen)
alveolar arch boventandkassen/alveolen van de bovenkaak
alveoli (pulmonis) longblaasjes
alveolus longblaasje
amnion vruchtvlies/lamsvlies/amnion
amniotes amniota
ampulla ampul (verwijd eind van lichaamskanaal)
ampulla of fallopian tube verwijd deel van de eileider
amygdala/amygdaloid body amandelkern (in hersenen)
anal body zone anale lichaamszone
anal cleft anaalspleet/bilnaad
anal groove anaalspleet/bilnaad
anal pore anus
anal region anaalstreek
anal sphincter sluitspier
anconeus (muscle) elleboogspier/anconeus
angle of anterior (eye) chamber oogkamerhoek
angle of the mouth mondhoek
angular gyrus gyrus angularis (hersengedeelte dat te maken heeft met taalfuncties)
ankle enkel
ankle bone sprongbeen/kootbeen/talus
ankle joint enkelgewricht
annular ligament (anterior/posterior) ringband
annulus fibrosus tussenwervelschijfwand (bindweefselring die twee wervellichamen met elkaar verbindt)
ANS (autonomous nervous system) het autonome zenuwstelsel
ansa of Henle lus van Henle
antagonist antagonist (spier)
antebrachium onderarm
anterior cerebrum voorhersenen
anterior chamber voorste oogkamer/voorkamer van het oog
anterior chamber of cloaca voorste kamer van de cloaca
anterior cruciate ligament voorste kruisband
anterior crural nerve dijbeenzenuw
anterior horn voorhoorn (in grijze stof)
anterior lobe (of pituitary gland) hypofysevoorkwab/adenohypofyse
anterior nares neusgaten
anterior notch voorste inkeping (in oorschelp)
anterior opening of stomach pylorus/maagpoort
anterior part of hypophysis hypofysevoorkwab/adenohypofyse
anterior pituitary adenohypofyse/hypofysevoorkwab
anterior tibial (muscle) voorste scheenbeenspier
anterior tibial artery voorste scheen(been)slagader
antihelix antihelix/binnenrand (richel in oorschelp)
antitragus antitragus (oor)
antrum beenderholte/lichaamsholte/holte/antrum
anus anus/aars
anvil aambeeld(sbeentje)/incus (in het oor)
aorta aorta/lichaamsslagader
aortic arch aortaboog
aortic artery aorta/lichaamslagader
aortic valve aortaklep
apex idem
apex cordis hartpunt
apex of the lung longtop
apocrine gland apocriene klier
apocrine sweat gland apocriene zweetklier
aponeurosis aponeurose (deel van spier dat verandert in pees)
apophysis apofyse (uitsteeksel dat d.m.v. kraakbeen aan het bot is verbonden)
apparatus organen
appendicular skeleton appendiculair skelet
appendix appendix (aan blindedarm)/wormvormig aanhangsel
appendix vermiformis idem/wormvormig aanhangsel
aqueduct kanaal
aqueous humour oogvocht/kamerwater
arachnoid zie arachnoid membrane
arachnoid(al) membrane spinnenwebvlies/arachnoïde
arbor bronchialis idem/bronchiaalboom
arbor vitae witte massa/arbor vitae/levensboom (van kleine hersenen)
arch boog; voetboog
archenteron archenteron/oerdarm(middelste holte van de gastrula)
arch of (the) aorta aortaboog
arch of Corti archicortex (deel van binnenoor)
arch of (the) foot voetboog
arch of (the) foot artery voetboogslagader
arcuate nucleus nucleus arcuatus (zenuwen tussen kleine en grote hersenen)
arcus aortae idem/aortaboog
arcus vertebrae idem/wervelboog
areola (mammae) tepelhof/areola
arm arm
arm bone(s) armbeen(deren)
arm muscle armspier
armpit oksel(holte)
armpit hair okselhaar
arm vein armader
arrector pili muscle haarspiertje
arteria idem/arterie/slagader
arteria carotis communis idem/halsslagader
arteria carotis interne idem (aftakking van de halsslagader die de schedel induikt)
arteria cerebri idem/hersenslagader
arteria femoralis idem (slagader in het dijbeen)
arteria coronaria idem/kransslagader
arteria iliaca idem (slagader in het bekken)
arteria poplitea idem (slagader in de kniekuil)
arteria pulmonalis idem/longslagader
arteria radialis idem/polsslagader
arteria renalis idem/nierslagader
arteria subclavia idem/ondersleutelbeenslagader
arteria vertebralis idem/wervelslagader
arteriola arteriool/arteriole/slagadertje (kleine slagader direct voor de capillair)
artery slagader/arterie/arteria
artery wall slagaderwand
arthrodia (or gliding joint) kogelgewricht
articular capsule gewrichtskapsel
articular cavity gewrichtsholte
articular disk meniscus
articular muscle(s) gewrichtsspier(en)
articular process gewrichtsuitsteeksel
articular surface gewrichts(opper)vlak
articulatio idem/gewricht
articulatio coxae idem/heupgewricht
articulatio cubiti/cubitalis elleboog(sgewricht)
articulatio humeri idem/schoudergewricht
articulation gewricht
articulatio temporomandibularis kaakgewricht
arytenoid (cartilage) bekerkraakbeentje/bekervormig kraakbeen
ascending aorta aorta ascendens
asternal ribs valse ribben
atlanto-axial joint atlanto-axiaal gewricht
atlanto-occipital joint atlanto-occipitaal gewricht
atlas atlas (bovenste/eerste halswervel/CI)
atomy atoom; (vero.) skelet/geraamte
atrial spetum atriumseptum
atrioventricular node atrioventriculaire knoop (hartspiercellen)
atrioventricular valve tricuspidalis/AV-klep
atrium atrium (voorkamer van het hart)/(hart)boezem
attachment of a muscle spierkop
auditive organ gehoororgaan
auditory apparatus gehoororgaan
auditory canal/channel gehoorgang/gehoorbuis
auditory capsule gehoorkapsel
auditory cortex auditieve cortex (hersenen)
auditory duct gehoorgang
auditory meatus gehoorgang/gehooropening
auditory nerve gehoorzenuw
auditory organ gehoororgaan
auditory ossicle gehoorbeentje/ossiculum
auditory passage gehoorgang
auditory system gehoorsysteem
auditory tube buis van Eustachius
auditory vestibular vooroorportaal
auricle uitwendig oor/oorschelp; hartoor (niet vertalen met 'hartboezem')
auricula oorschelp/auricula; hartoor (verlengde van de hartboezem)
auricular finger pink
auricular nerve oorzenuw
auricular tube gehoorgang
auris externa uitwendig oor
auris interna binnenoor
auris media middenoor
autonomic bladder neurogene blaas
autonomic/autonomous nervous system autonoom zenuwstelsel
axial skeleton as-skelet
axil(la) oksel(holte)
axillary artery okselslagader
axillary nerve okselzenuw
axis draaier (tweede halswervel/CII/C2); as (van het lichaam)
axon axon/zenuwvezel (mv: axonen)
axon hillock/hillus axonheuvel
B
baby tooth (vnl. AE) melktand
back rug
backbone ruggengraat/wervelkolom
back of the hand handrug
back of the head achterhoofd
backside zitvlak/achterste
balance nerve(s) evenwichtszenuw(en)
balancing organ evenwichtsorgaan
Balbiani ring ring van Balbiani
ball bal (van voet); muis (van hand); oogbol/oogappel
ball and socket joint kogelgewricht
ball of the eye oogbol/oogappel
ball of the foot bal (van de voet)
ball of the hand muis (hand)
ball of the thumb duimmuis
barba baardhaar
baroreceptor baroreceptor
Bartholin's gland de klier van Bartholin
basal ganglion(mv: ganglia) basale ganglion/ganglia
base of the nose neuswortel
base of the skull schedelbasis
basilar membrane het basilaire membraan (in het inwendige oor)
bed vaatbed; nagelbed
belly buik; zie belly of a muscle
belly button navel
belly of a muscle spierbuik (dikste gedeelte van een spier)
bend of the elbow elleboogholte (uitwendig)
between brain tussenhersenen/diencephalon
biceps (of the arm) biceps(spier)/tweehoofdige armspier
biceps of the thigh dijbiceps/tweehoofdige dijspier
bicollateral bundle bicollaterale vaatbundel
bicuspid premolaar/tweepuntige kies
bicuspid tooth zie bicuspid
bifurcation bifurcatie (plaats waar een bloedvat zich in tweeën splitst)
big toe grote teen
bile duct galbuis/galkanaal
bile pigment galpigment
biliary duct galgang
biliary tract galgangen/galsysteem
bipennate muscle(s) dubbel gevederde spier(en)
birth canal geboortekanaal/baringskanaal
biting tooth snijtand
black substance/matter substantia nigra/zwarte stof (in hersenen)
bladder blaas
bladder dome blaaskoepel
bladder mucosa blaasslijmvlies
bladder neck blaashals
bladder sphincter blaassluitspier
bladder wall blaaswand
bladder wall muscle blaaswandspier
blade schouderblad
blade bone schouderblad/scapula
blind pouch divertikel
blind gut blindedarm
blind spot blinde vlek (in oog)
blood capillary bloedcapillair
blood vascular system bloedvatenstelsel
blood vessel bloedvat/ader
blue pipe (slang) ader (vrgl. red pipe)
bodily tissue lichaamsweefsel
body lichaam
body cavity lichaamsholte
body hair lichaamshaar/lichaamsbeharing
body of (the) fornix hersenboog
body of (the) nail nagelplaat
body of (the) tongue tonglichaam
body part lichaamsdeel
body tissue lichaamsweefsel
body wall lichaamswand
bone bot/been; beenweefsel
bone cavity beenholte
bonelet beentje
bone matrix botmatrix
bone of the arm opperarmbeen/humerus
bone of the palm of the hand middenhandsbeentje
bone of the wrist handwortelbeentje
bones skelet/beenderen/gebeente/beendergestel
bone stock botbed
bone tissue botweefsel/beenweefsel
bony eminence botuitsteeksel (b.v. condyles en olecranon)
bony labyrinth het benig labyrint
bony orbit(a) benige oogkas
bony pelvis benig bekken/bekkenbeenderen
bony prominence botuitsteeksel
bony system beenderstelsel
bony tissue zie bone tissue
bony tubes zie bony labyrinth
bossom boezem
Botalli's duct ductus botalli/ductus arteriosus
bottom zitvlak/achterste
bowel darm(en)
bowels darmen/ingewanden
Bowman's capsule kapsel van Bowman/nierkapseltje
brachial armspier
brachial artery armslagader
brachial plexus armplexus/brachiale plexus
brachialis brachialis (spier bij ellebooggewricht)
brachioradial(is) (muscle) opperarmspaakbeenspier
brachium bovenarm
brain hersenen/brein
brain area hersengebied
brain box (inf.) hersenpan
brain case hersenschedel
brain cavity hersenholte
brain centre/center hersencentrum
brain fluid hersenvocht
brain hemisphere hersenhelft
brain lobe hersenkwab
brain mass hersenmassa
brain nerve hersenzenuw (hersenzenuw I t/m hersenzenuw XII)
brain stem hersenstam
brain structure hersenstructruur
brain surface hersenoppervlak
brain tissue hersenweefsel
brain vein hersenader
brain vessicle hersenblaasje (in embryo)
breast borst/boezem
breastbone borstbeen/sternum
bregma kruin/naadverbinding bij fontanel
bridge (pons) pons/brug (pons Varolii)
bridge (of the nose) neusrug
bridge of Varolius pons Varolii
broad ligament of uterus brede bindweefselophangband van de baarmoeder
Broca's area/center spraakcentrum/centrum of band van Broca/gebied van Broca
Brodmann's areas gebieden van Brodmann/Brodmanngebieden (in hersenschors)
bronchi meervoud van bronchus
bronchia (mv) bronchiën/bronchievertakkingen/luchtpijptakken
bronchial tree bronchiaalboom/arbor bronchialis
bronchial tube bronchus (mv: bronchiën)/luchtpijptak
brochiole/bronchiolus bronchiolus
bronchus (mv: bronchi) bronchus/bronchie (mv: bronchiën)/luchtpijptak
brow wenkbrauw; voorhoofd
Brunner's glands klieren van Brunner
brush border borstelzoom (van de nier)
buccal gland wangklier
buccinator (muscle) trompetspier/wangspier/buccinator
bulb bol(letje); verdikking; verlengde merg
bulbocavernous muscle zaadlozingsspier
bulbo-urethral gland klier van Cowper (in mannelijk geslachtsorgaan)
bulbus caroticum idem (plaatselijke verwijding in de halsslagader, waar deze zich splitst
bulbus oculi idem/oogbol
bundle branch bundeltak
bundle of His bundel van His
bundle of Kent bundel van His
bundle of muscles spierbundel
bundle of nerve fibres zenuwbundel
bundle sheath vaatbundelschede
bursa bursa/(slijm)beurs
buttock bil
C
CI/C1 de eerste of bovenste halswervel/de atlas/CI/C1
CII/C2 de tweede halswervel/de draaier/CII/C2
CIII/C3 de derde halswervel/CIII/C3
CIV/C4 de vierde halswervel/CIV/C4
CV/C5 de vijfde halswervel/CV/C5
CVI/C6 de zesde halswervel/CVI/C6
CVII/C7 de zevende halswervel/CVII/C7
caecum caecum/blindedarm
calacarine fissure hersenspleet
calcaneal tendon achillespees
calcaneum calcaneum/hiel(been)
calcaneus zie calcaneum
calf kuit
calf muscle kuitspier
caliculus gustatorius smaakknop
calix kelk/calix/kelkvormig(e) holte/orgaan
calix renalis nierkelk
calvarium schedeldak
calyceal diverticle of kidney nierdivertikel
calyx zie calix
canalis inguinalis lieskanaal
canalis nasolacrimalis traanafvoergang
canalis semicircularis halfcirkelvormig kanaal
canales semicircularis halfcirkelvormige kanalen
canaliculus kanaaltje
canine zie canine tooth
canine (tooth) hoektand/oogtand
canthus ooghoek
capillary haarvat/capillair; capillaire buis
capillary tube capillaire buis
capillary wall capillairwand
capitate (bone) kopbeentje
cappillary (blood) vessel haarvat/capillair
capsula/capsule vlies/kapsel/omhulsel/beurs (van orgaan/gewricht)
capsular space ruimte van Bowman/nierkapseltje/kapsel van Bowman (in de nier)
capsule of the kidney nierkapsel/nieromhulsel
caput kop/het caput/hoofd
caput femoris femurkop
caput of pancreas pancreaskop
cardia maagmond/maagingang/cardia
cardiac artery hartslagader
cardiac chamber hartkamer/ventrikel
cardiac muscle hartspier
cardiac orifice maagmond/cardia
cardiac septum harttussenschot
cardiac valve hartklep
cardiac vein hartader
carnassial (tooth) knipkies
carotic zie ook carotid
carotic arch carotisboog
carotic artery halsslagader
carotic body glomus caroticum
carotid (artery) halsslagader/(arteria) carotis
carotis (L.) halsslagader
carpalia (L.) handwortelbeenderen
carpal bones/carpals handwortelbeenderen/handwortelbeentjes
carpal joint/articulation handwortel
carpal tunnel carpale tunnel
carpale (mv: carpalia) zie carpus
carpus (L.) handwortel
cartilage kraakbeen/cartilago
cartilage bone kraakbenig been
cartilaginous joint synchondrose (hyaliene kraakbeenverbinding)
cartilaginous skeleton kraakbeenskelet
cartilaginous tissue kraakbeenweefsel
cartilago kraakbeen
cauda equina idem/paardenstaart (bundel zenuwvezels)
caul hoofdvlies
caval vein holle ader/vena cava
cavitas orbitalis oogkas
cavity holte
cavity of the mouth mondholte
cavity of the uterus baarmoederholte
cavum holte/kamer
cavum abdomiuis idem/buikholte
cavum septi pellucidi zie fifth ventricle
cavum thoracis borstholte
cecum, zie caecum caecum
cement(um) cement (in tand)
central incisor voorste snijtand
central nervous system centraal zenuwstelsel/CZS
centrifugal nerves/neurons gevoelszenuwen
cephalon cephalon
cerebellar cortex (left/right) hersenschors (cortex van het cerebellum/schors van de kleine hersenen)
cerebellum cerebellum/kleine hersenen
cerebral artery hersenslagader
cerebral cortex (grijze) hersenschors/hersenmantel/pallium
cerebral ganglion hersenganglion/cerebraal ganglion
cerebral hemisphere hersenhelft
cerebral meninges hersenvliezen
cerebral nerves hersenzenuwen
cerebral peduncle hersensteel
cererbospinal fluid liquor cerebrospinalis/hersen- en ruggenmergsvloeistof/liquor
cerebrospinal axis centraal zenuwstelsel
cerebrospinal system cerebrospinaal systeem
cerebrum cerebrum/grote hersenen
ceruminous gland oorsmeerklier
cervical artery halsslagader
cervical canal baarmoederhalskanaal
cervical disk wervelschijf
cervical glands halsklieren
cervical nerve cervicale zenuw/halszenuw
cervical rib halsrib
cervical spine halswervelkolom
cervical vertebra(e) halswervel(s)/nekwervel(s) (7) (zie CI/C1 - CVII/C7 hierboven)
cervicothoracic ganglion ganglion stellatum (een zenuwknoop)
cervix hals/nek; nauwe opening/hals (van een orgaan)
cervix (of uterus)/cervix uteri baarmoederhals/cervix
cervix uteri cervix uteri/baarmoederhals
chamber of the eye oogkamer
cheek wang
cheekbone jukbeen
cheek gland wangklier
chest borst(kas)/thorax
chest cavity borstholte
chesthair borsthaar
chest muscles borstspieren
chest vertebra(e) borstwervel(s)
chest wall borst(kas)wand
chewing muscle kauwspier
chiasma opticum idem
chin kin
chin muscle kinspier
chink spleet (b.v. de mondspleet)
choana (mv: chonae) choana (trechtervormige opening); choana (neusopening in keel of keelholte)
cholangiole galcapillair
cholecyst galblaas
choledochal duct galgang
chondrocranium chondrocranium/kraakbeenschedel
chord(a) zie cord
chorioid zie choroid
chorion het chorion/buitenste vruchtvlies
choroid (coat) vaatvlies/choroidea/adervlies (in oog)
choroidea zie choroid
ciliated epithelium trilhaarepitheel
cilium (mv. cilia) ooghaar/wimper; trilhaar
cingular cortex cingulaire cortex
cingulum tandhals/cingulum; cingulum/cortexwelving; gordel/band
circle of Willis cirkel van Willis/circulus arteriosus
circulating system zie circulatory system
circulatory system circulatiesysteem/(bloed/lymf)vatenstelsel
circulus arteriosus idem/cirkel van Willis
cisterna (L.) idem (verwijding van een lymfvat)
clavicle sleutelbeen/clavicula
clavicula sleutelbeen
cleft spleet/gleuf; kuiltje (in kin)
clitoris clitoris/kittelaar
cloaca cloaca (embryo)
CNS zie central nervous system
coccygeal vertebra staart(been)wervel/stuitbeenwervel/coccygeale wervel
coccyx (mv: coccyges) staartbeen/stuitbeen/os coccygis
cochlea cochlea/slakkenhuis (deel van binnenoor)
cochlear joint schroefgewricht
cochlear nerve gehoorzenuw
cochlear window/fenestra rond venster/fenestra rotunda
coecum zie caecum
coelom coeloom/secundaire lichaamsholte
coelomata zie coelom
collagen collageen/bindvliesweefsel
collarbone sleutelbeen
collateral collateraal (vertakking, b.v. van neuriet)
colon karteldarm/het colon
colon transversum idem (dwarslopende deel van de dikke darm)
columna vertebralis idem/wervelkolom
commissure commissuur/naad/zenuwweefselbandje
commissure of lips/mouth mondhoek
common carotid artery gemeenschappelijke halsslagader
common extensor of the digits (fingers/toes) gemeenschappelijke vingerstrekker; gemeenschappelijke tenenstrekker
common hepatic duct de leverbuis
common peroneal nerve gemeenschappelijke kuit(been)zenuw
complexus (muscle) bovenste halsspier
compressor samendrukkende spier
concha nasalis neusschelp
concha nasalis inferior onderste neusschelp
concha nasalis media middelste neusschelp
concha nasalis superior bovenste neusschelp
concha of auricle oorschelp
condyle (mv: condyles) condylus/gewrichtsknobbel (beenmassief, o.a. als onderdeel van kniegewricht)
condyloid joint condylgewricht
cone kegeltje (in het netvlies van het oog)
conjunctiva (mv: conjunctivae) (oog)bindvlies/conjunctiva
connective tissue bindweefsel (collageen, elastisch en reticulair bindweefsel)
contractor samentrekkende spier/samentrekker/sluitspier
convoluted tubule gekronkeld nierkanaal/tubulus contortus
convolution plooiing/winding/gyrus
convolution of the brain hersenplooiing/hersenwinding/gyrus
copulatory organ geslachtsorgaan
cor hart/cor
coracoid (bone) ravenbeksbeen/coracoid/coracoïed(been)
coracoid process (of scapula) ravenbekuitsteeksel
cord streng/band (b.v. van zenuwweefsel)
corium lederhuid/corium/cutis
cornea hoornvlies/cornea
corner hoek
corner of the eye ooghoek
corner of the mouth mondhoek
cornicle hoorntje of hoornvormig uitsteeksel
corniculum zie cornicle
cornu cornu (uitsteeksel aan bot)
cornu anterius voorhoorn
cornule zie cornicle
corona corona
coronal kroonnaad (in schedel)
coronal bone voorhoofdsbeen
coronal suture kroonnaad (in schedel)
coronary (artery) krans(slag)ader/coronairvat
coronary vessel krans(slag)ader/coronairvat
coronoid process kroonvormig uitsteeksel/processus coronoideus
corpus (mv: corpora) corpus/lichaam
corpus albicans wit lichaam (in eierstok)
corpus callosum hersenbalk
corpus cavernosum zwellichaam
corpus cavernosum clitoridis zwellichaam (linker- en rechter- -, vormen de clitorisschacht)
corpus cavernosum penis zwellichaam van de penis
corpus ciliare straallichaam/ciliair lichaam
corpus luteum corpus luteum/geel lichaam (in eierstok)
corpus pineale pijnappelklier
corpus uteri baarmoederlichaam
corpus vitreum glaslichaam/glasachtig lichaam
cortex schors/cortex; bijnierschors; hersenschors
cortex cerebellaris/cerebelli cortex van het cerebellum/schors van de kleine hersenen
cortex cerebralis/cerebri (grijze) hersenschors/schors van de grote hersenen/pallium
cortical area cortexgebied
corticospinal tract piramidebaan
cortical tissue schorsweefsel/cortexweefsel
Corti's organ orgaan van Corti (in oor)
costa rib
costal cartilage ribkraakbeen
costovertebral angle nierloge
Cowper's gland klier van Cowper/glandula Cowperi
coxa heup(gewricht)
coxal articulation/joint heupgewricht
crack fissuur
cranial artery hersenslagader
cranial bone(s) schedelbeen(deren)
cranial fornix schedeldak/fornix cranii
cranial fossa (anterior/medial/posterior) (voorste/middelste/achterste) schedelgroeve
cranial nerve craniale zenuw/hersenzenuw (hersenzenuw I t/m hersenzenuw XII)
cranial suture schedelnaad
cranial tegmentum schedeldak
cranial vault schedeldak
cranium schedel/cranium (i.h.b. hersenschedel)
'crazy bone' (AE) telefoonbotje
crest kam
crest of (the) ilium bekkenkam
crevice spleet/scheur/kloof/gleuf
cribriform plate of ethmoid/cribriform bone zeefbeen
cricoid (cartilage) ringkraakbeen (van strottenhoofd)
crista (mv: cristae) crista (zintuigepitheelverdikking in evenwichtsorgaan)
crista galli hanenkam (in de schedelholte)
crook of the arm binnenkant van de elleboog
crown kroon (van tand/kies); kruin
crown of the head kruin
cruciate ligament(s) kruisband(en)
crus (mv: crura) onderbeen
crus of helix/crus helicis steel van de helix (in oorschelp)
crypt gewelf/holte
crystalline lens kristallens (in oog)
cubital tunnel cubitale tunnel
cubitus onderarm; (soms ook) de ulna/ellepijp/elleboog
cuboid (bone) teerlingbeen/os cuboideum
cuneiform (bone) wiggebeentje (in voet)
cuneonavicular joint articulatio cuneonavicularis
cup kom
cup and ball joint kogelgewricht
cusp cuspis/tip (uitsteeksel van hartklep); cuspis/punt (uiteinde van tand)
cutaneous gland huidklier
cutaneous muscle(s) huidspier(en)
cutaneous nerve huidzenuw
cuticle opperhuid/epidermis; nagelriem; cuticula (beschermend laagje op huid)
cuticula zie cuticle
cutis lederhuid/cutis/corium
cutting tooth snijtand
cyst cyste/kiemkapsel/kapsel
cystic duct galbuis/ductus cysticus